Zwoel en krachtig, doet in de geur even denken aan port, met kersenpitten, krenten, rozijnen, vijgen en pruimen; de smaak is machtig, het is een mondvol wijn, fluweelzacht, met een rijke en levendige smaak, overtuigend, met een bitter (‘amaro’) na. Prachtig in combinatie met een stevig tegenspel in de vorm van een krachtig smakende kaas, een wildgerechten of rood vlees.
Amarone della Valpolicella 'Marne 180' is vernoemd naar de grondsoort mergel, marne in het Italiaans, en het feit dat de wijngaarden in een halve cirkel van 180 graden richting de zon staan aangeplant, gericht op het zuidwesten tot het zuidoosten. Voor deze wijn gebruikt de familie Tedeschi druiven van verschillende wijngaarden in de heuvels van de Valpolicella, de Mezzane en Tregnano heuvels. Door deze selectie van verschillende wijngaarden kan een mooie balans in de wijn worden bereikt, met de fijne structuur, die je alleen vindt in wijnen van de beste gebieden van Valpolicella. Marne 180 is een blend van de druiven corvina, corvinone, rondinella, rossignola, oseleta, negrara en dindarella.
Amarone is een droge wijn op basis van gedroogde druiven uit de Valpolicella streek. Voor het drogen worden druiven gebruikt die wel bijna, maar nog niet helemaal rijp zijn. Ze worden meestal geplukt bij een suikergehalte dat goed is voor niet meer dan zo'n 10% potentieel alcohol. In het geval van Marne 180 worden de druiven geoogst aan het eind van september en het begin van oktober. De schil is dan nog stevig, zodat de druiven bij het drogen goed intact blijven. Bovendien is het zuur dan nog levendig. De druiven drogen 4 maanden, waarbij de vochtigheid in deze droogruimte in de gaten wordt gehouden. Door het drogen stijgt het suikergehalte, zodat bij de gisting een hoger alcoholgehalte en een grotere smaakintensiteit worden bereikt. Na de gisting rijpt de wijn zo'n 30 maanden in vaten van Slavonisch eikenhout, gevolgd door een flesrijping van nog eens 6 manden. Het resultaat is een bijzondere droge rode wijn, prachtig vol en mooi krachtig.